|
Anatomie
Achtergronden
van de lundehund anatomie.
De
lundehund is een van de meest zeldzame hondenrassen in de
wereld. Niet alleen door zijn geringe aantal, maar vooral
ook omdat er diverse anatomische bijzonderheden samen
komen in een hond. Sporadisch vindt men enkele van deze
bijzonderheden ook in andere rassen, maar nooit allemaal
tegelijk. De lundehund heeft minstens zes tenen aan elke
poot, hij kan zijn oren sluiten, heeft een nek die zover
achterover kan buigen dat zijn voorhoofd de rug raakt en
heeft dermate 'losse' schoftgewrichten dat zijn voorpoten
volledig zijwaarts gespreid kunnen worden.
De lundehund is een jachthond. Maar wat is nu de
achtergrond van deze ongebruikelijke anatomische
kenmerken? Dat heeft hoogstwaarschijnlijk te maken met de
bijzonderheden van de jacht: de jacht op papegaaiduikers
die in spelonken, hoog in de steile klippen voor de Noorse
kust, hun nesten hebben. De lundehund moet allereerst
kunnen balanceren op steile hellingen en gladde rotsen.
Dus een goede grip is noodzakelijk en dat wordt mogelijk
gemaakt door extra tenen, vooral wanneer de hond
voortwaarts langs een steile helling afdaald. Deze steunen
hem op ongelijke en gladde bodem en bij het kruipen door
moeilijk begaanbare spleten. De karakteristieke
schoftgewrichten maken het mogelijk dat hij zijn voorpoten
ver zijwaarts kan uitspreiden zodra hij grip verliest of
moet manoevreren in nauwe doorgangen. De souplesse van
zijn nek draagt ongetwijfeld bij wanneer hij zich moet
draaien, zijwaarts verplaatsen of keren in de enge
papegaaiduikersnesten. Menigeen vraagt zich dan ook af of
we hier werkelijk wel met een hond te maken hebben.
|
|
De poot van de lundehund heeft 5 volledig ontwikkelde
tenen met drie gewrichten, en 1 teen met twee gewrichten
gelijk aan de duim van een mens. Dit kan men duidelijk
waarnemen op een röntgenfoto. Er zijn spieren
voor het spannen en ontspannen van deze extra tenen. Alle andere
honden hebben gewoonlijk slechts 4 tenen en de bijbehorende musculatuur. Maar
waarom heeft de lundehund er minstens 2 extra aan
elke poot? (Er zijn incidenteel exemplaren met zelfs wel 8
tenen). De extra tenen zijn van groot belang wanneer de lundehund niet rechtop in een gang kan
kruipen. Hij zal dan op zijn zij gaan liggen en
zichzelf verder naar binnen wringen. In deze positie,
waarin ook de poten op hun zij liggen, gebruikt hij de
binnenste tenen om grip te krijgen op de
ondergrond. De lundehund heeft 8 voetkussens aan de
voorpoten en 7 aan de achterpoten. Deze grote voetkussens
verschillen aanzienlijk ten opzichte van andere honden.
De lundehund kan zijn oren sluiten. De normale positie is
gewoon rechtop maar men kan gemakkelijk zien hoe de oren
sluiten door ze licht voorwaarts of achterwaarts te
bewegen. Het oor sluit in het midden en laat een kleine
opening toe aan de bovenkant. Maar waarom kunnen die oren
dichtgevouwen worden? Het mag duidelijk zijn dat zo
voorkomen wordt dat er water en vuil in de gehoorgang
komt, maar deze verklaring is erg simpel. We mogen
aannemen dat deze eigenschap ook een functie heeft bij het
manoevreren in enge ruimtes. In een nauwe doorgang komt
het oor plat tegen de kop aan te liggen terwijl de
bovenste smalle opening toch nog afzonderlijk bewogen kan
worden en voor de lundehund dus nog steeds goed werkt om
zich te orienteren op basis van geluiden.
Wanneer men de lundehund bezig ziet in zijn natuurlijke
omgeving (rotsachtige, gladde en steile klippen) ziet men
zijn algehele souplesse echt tot recht komen. De lundehund
is compleet aangepast aan het terrein. Naast zijn poten en
zijn typische manier van lopen heeft de lundehund ook een
extreem flexibele nek en schoftgewrichten. Een verklaring
waarom de lundehund zijn nek zover naar achteren kan
buigen is er niet echt. Onder de zoogdieren is verder
alleen het rendier daartoe in staat. Wanneer men een
lundehund optilt en zijn voorpoten zijwaarts beweegt of
zijn nek achterover beweegt is er geen teken dat de
lundehund zich daardoor ongemakkelijk voelt. En eenmaal
bezig op de klippen, omhoog, omlaag en zijwaarts
springend, ziet men een zekere hond, snel als de bliksem,
en wordt het duidelijk dat de ontwikkeling van het lichaam
juist hiervoor bedoeld is. Niets had eigenlijk anders
kunnen zijn, anders had hij nooit zo goed gefunctioneerd.
Een ander opmerkelijk gegeven is dat de lundehund dezelfde
kaakstructuur heeft als een fossiele hond van 5000 jaar
oud die gevonden is in het noorden van lapland in Rusland.
Beide honden hebben aan beide zijden van de kaak een tand
minder.
Het is verleidelijk om zich af te vragen of een dier in de
loop van de eeuwen van nature zich zo aan heeft kunnen
passen aan zijn omgeving, of dat we hier een glimp
opvangen van iets wat vele malen ouder is dan de
gewoonlijke hond van vandaag de dag. Er zijn dan ook
mensen die van mening zijn dat we hier te maken hebben met
een oerhond, een zeer oud hondenras, dat behouden is
gebleven in (en door) een omgeving die men slechts op
weinig andere plaatsen in de wereld aantreft. De theorie
bestaat dat deze oerhond heeft weten te overleven op de
Lofoten eilanden omdat deze ijsvrij waren tijdens de derde
ijstijd. We weten vrij zeker dat de genetische erfenis
niet beïnvloed is geworden door ander bloed. De
lundehund is daarom niet alleen een zeldzaam ras maar
representeert waarschijnlijk het meest waardevolle
materiaal voor wetenschappelijk onderzoek op het gebied
van erfelijke aanpassingen en hoe een ras zichzelf aan een
bijzonder milieu kan aanpassen. De wetenschap is nog niet
zover gevorderd dat we alle antwoorden hebben. De
lundehund is een van de laatste voorbeelden van
onverstoorde voortplanting in de wereld van de hond.
Daarom is het de verantwoordelijkheid van alle lundehund
eigenaren om zeker te stellen dat verder onderzoek kan
plaatsvinden en de bron bewaard blijft.
|